SV | En zijn raadslagen waren met Joab, den zoon van Zeruja, en met Abjathar, den priester; die hielpen, volgende Adonia. |
WLC | וַיִּהְי֣וּ דְבָרָ֔יו עִ֚ם יֹואָ֣ב בֶּן־צְרוּיָ֔ה וְעִ֖ם אֶבְיָתָ֣ר הַכֹּהֵ֑ן וַֽיַּעְזְר֔וּ אַחֲרֵ֖י אֲדֹנִיָּֽה׃ |
Trans. | wayyihəyû ḏəḇārāyw ‘im ywō’āḇ ben-ṣərûyâ wə‘im ’eḇəyāṯār hakōhēn wayya‘əzərû ’aḥărê ’ăḏōnîyâ: |
En zijn raadslagen waren met Joab, den zoon van Zeruja, en met Abjathar, den priester; die hielpen, volgende Adonia.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En zijn raadslagen waren met Joab, den zoon van Zeruja, en met Abjathar, den priester; die hielpen, volgende Adonia.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!